China, India en Maleisië in één!

11 juni 2017 - Kuala Lumpur, Maleisië

Lieve allemaal daar in het verre Nederland,

Dit keer schrijf ik mijn blog niet in Indonesië, maar in….. Maleisië! Van te voren had ik niet bedacht om hier naartoe te gaan, maar ik moest Indonesië uit omdat mijn visum verliep. Vanaf Kalimantan was de dichtstbijzijnde en goedkoopste ‘vlucht’ naar Kuala Lumpur. En tja, als ik daar toch ben, waarom zou ik Maleisië niet even verkennen? Zo gezegd, zo gedaan, dus heb ik zo’n twee weken door Maleisië gereisd.

Om te beginnen in Kuala Lumpur dus! En dat was wel wat anders dan Kalimantan kan ik je zeggen.. Ten eerste omdat ik in 3 minuten al meer blanken zag dan ik in 3 weken in Kalimantan had gezien! Daarnaast kon ik zonder moeite een bus vinden die me naar het centrum bracht, compleet aangegeven met bordjes (in het Engels!), en bleek deze bus ook nog eens volledig netjes en gestoffeerd te zijn mét airco! Toch ook wel fijn, een beetje comfort en gemak. Daarnaast verbaasde ik me over het feit dat ik bijna geen scooters zag op straat én het verkeer heeel rustig was in vergelijking met Yogya of Jakarta. Na een korte zoektocht naar een hostel belandde ik op een fijn plekje waar ze ook nog eens een ‘rooftop’ hadden waar live-muziek werd gespeeld. Alsof het zo moest zijn! Mijn eerste avondbesteding was dan ook; jammen met chille gasten op een rooftop én natuurlijk wat lekker eten uitproberen op straat. Want KL heeft héérlijk eten! Van Chinees tot Indiaas en Indonesisch; ze hebben het allemaal! Deze stad is namelijk een mix van verschillende culturen. Ik verbleef vlakbij Chinatown (overigens dé backpackersplek van KL), waar je door steegjes kunt lopen tussen de kleding- en alle-nep-artikelen-die-je-maar-kunt-bedenken- kraampjes. En natuurlijk niet te vergeten tussen alle Chinese lekkernijen die je na 3 weken nog niet allemaal geproefd kunt hebben. En als je de Chinezen een beetje zat bent, stap je zo binnen drie minuten de Indiase wijk in. En het Indiaanse eten is ook heeerlijk!

In KL is nog veel meer te zien; van rooftoppen tot mooie parken en gratis museums en andere bezienswaardigheden. Toch koos is ervoor om na twee nachtjes alweer door te reizen, want ik zou later toch nog wel terug komen in KL.. Dus zette ik mijn reis voort naar de Cameron Highlands, en wel weer in een mooie luxe bus (én een mooi prijsje). Openbaar vervoer is echt top hier! Eenmaal daar heb ik in het hostel wat mensen ontmoet, zoals dat altijd heel gemakkelijk gaat in het ‘backpackerswereldje’, waarmee ik de volgende dag een tour heb gedaan door de highlands. De Cameron highlands is een mooi heuvelgebergte met eindeloze theeplantages. Prachtige omgeving dus om doorheen te rijden en te genieten van het groene landschap. Ik genoot, maar vond het toeristische sfeertje wel wat minder.. Je loopt tussen alle buitenlanders die allemaal ongeveer dezelfde tour doen en op dezelfde plek hun foto’s nemen. Moest ik toch wel even aan wennen na mijn ervaringen in Indonesië.

Toen ik na twee nachtjes in de Cameron highlands verder reisde naar Taman Negara, bleek dat toeristische sfeertje niet te verdwijnen. Ook daar werden dezelfde tours aangeboden en was iedereen en alles voorbereid op te toeristen. Desondanks was Taman Negara wel een hele gave trip! Taman Negara is een nationaal park midden in de jungle. Ik heb daar een jungletour gedaan van twee dagen waarbij ik één nacht in een grot heb geslapen. Midden door zo’n tropisch regenwoud lopen, bracht wel de nodige uitdagingen met zich mee. Zo heb ik de bloedzuigers van me af moeten slaan (ik kan inmiddels veel hebben en schrik niet meer op van de grootste kakkerlakken en de andere nodige insecten die ik hier tegenkom, maar bloedzuigers vind ik toch wel écht vies.. ielll), en ‘gleden’ we soms meer over de paden dan ‘lopen’ omdat het veel had geregend. Maaar mijn doorweekte schoenen, een paar schrammen van een val op stekeltakken (dat was ook erg fijn…) en het overwinnen van mijn bloedzuiger-angst was het allemaal waard! Ik heb echt genoten J

Na al die activiteiten was het nu wel tijd voor een beetje relaxen.. En waar kan je dat nu beter doen dan op een eiland dat een aantal jaar geleden in de top tien van de beste eilanden van de wereld stond?? Precies, de Tioman eilanden! Het kostte me een dag en een ochtend om er te komen, maar dan heb je ook wat. Zonder iets geboekt te hebben pakte ik de boot vanaf Mersing richting het eiland. Eenmaal daar vond ik redelijk snel een slaapplek op een slaapzaal (die ik overigens voor mezelf had) en ontmoette ik een aardig Engels meisje. Zij wilde, net als ik, ook wel wat hikes doen op het eiland. Het eiland bestaat namelijk vooral uit jungle, naast de prachtige stranden natuurlijk. De eerste dag zijn we gelijk fanatiek begonnen met een 3 uur-durende wandeling naar een afgelegen strand aan de westkust. Dit strand heette ‘Monkeybeach’ en tja, zoals de naam al zegt, waren hier de nodige aapjes te bekennen. Een stel was net voor ons op het eiland beland en hadden al in de zee moeten vluchten voor twee brutale apen. En daar kwamen wij aan; een volgend slachtoffer voor de apen. Ik als échte held op sokken als het gaat om honden, katten en apen (NIET DUS) sprong dus al vrij snel in de zee om vanuit daar takjes naar de apen te gooien, in de hoop ze weg te jagen. Dat hielp natuurlijk niet.. Maar gelukkig kwam daar onze redding; een grinnikend klein Maleisisch mannetje zonder tanden (ik had zelf ook helemaal dubbel gelegen om vier personen die een aap tevergeefs probeerden weg te jagen) die gelukkig wél raad wist met deze irritante beestjes. Dit bleek ook nog eens boatdriver te zijn die ons weer terug kon brengen naar ons hostel. Een geschenk uit de hemel dus! Maar voordat hij ons terugbracht, hebben we natuurlijk eerst héérlijk genoten van ons prachtige ‘privéstrand’.

De volgende dag hebben we een andere hike gedaan. En wel naar de andere kant van het eiland, Juara. Hier heb ik een nachtje geslapen en eigenlijk vooral gechilld. Lees; lekker in een hangmatje gelegen aan het strand onder de palmbomen, over het strand gelopen, gezond (ik begin zowaar echt een lekker kleurtje te krijgen! J) en boekjes gelezen voor mijn hostel (die ook aan het strand lag). En ook hier had ik de nodige uitdagingen met dieren. Dit keer geen apen, maar irritante zwerfhonden die langs de kust renden. En zoals altijd komen de honden juist naar míj toe, dus vluchtte ik in de zee waardoor ik de hele weg naar mijn hostel terug heb gelopen door de zee. Tja, ik en honden…… haha. Maar goed, allemaal niet belangrijk natuurlijk, want ik heb vooral lekker genoten.

Na drie dagen was het weer tijd om terug te gaan naar Kuala Lumpur. Ik wilde daar namelijk mijn 60-dagen visum aanvragen voor Indonesië. Want tja, ook al kan ik gaan en staan waar ik wil; reizen vereist ook de nodige planning soms. Vooral als het gaat om visums. De eerste dag bij de ambassade verliep zeker niet vlekkeloos.. Uiteraard mistte ik wat papieren en had ik geen pasfoto (ja ik weet het, dit is de tweede keer dat ik deze fout maak, ahum..), dus moest ik weer terug naar mijn hostel om deze te regelen. Eenmaal weer terug op de ambassade was ik eigenlijk te laat, maar na wat gesmeek met m’n mooiste glimlach kwam ik tóch nog aan de beurt. Ik hoorde dat het onzeker was of ik mijn 60-dagen visum kon krijgen, maar ik moest de volgende dag terugkomen en kon alleen maar hopen dat ik hem kreeg. En ik heb hem zowaar gekregen! Was ik erg blij mee, want als ik dat in Indonesië zelf had moeten regelen was ik meer tijd kwijt geweest..

De laatste dagen in KL heb ik nog wat sightseeing gedaan waar ik eerder niet aan toegekomen was. En daar hoort uiteraard een bezoek aan de Petronas Towers (de ‘twintowers’) bij. Dat is de ‘Eiffel toren’ van Kuala Lumpur. Compleet omgeven door de meest luxe shopping malls, én een mooi aangelegd park met water- en lichtshow kon ik me wel een avondje vermaken met wat andere backpackers uit mijn hostel. Daarnaast heb ik ook nog wat tempels bezocht, zoals de bekende Hindoeïstische ‘batu caves’. Dit is een tempel in een grot die je kunt bereiken door een hoge trap te beklimmen. Het is er vrij toeristisch (lees; tienduizend chinezen die druk zijn met het maken van de perfecte selfies), maar ik vond een wat kleinere (en rustigere) tempel waar ik me verwonderde over de manier waarop de mensen baden en het bijbehorende ritueel uitvoerden. Eerst worden de voeten gewassen, dan wordt er een geurstokje aangestoken en vervolgens wordt er voor één van de altaars gebeden met de handen plat tegen elkaar. In het altaar staat een soort priester die wierook verspreid over het beeld van de God. De geur van de wierook snuiven sommige mensen op. Er zijn meerdere goden waar naar gebeden kan worden. Bijzonder om te zien..
Ook heb ik nog een andere bekende tempel bezocht; de zogenaamde ‘Thean Hou tempel’. Tijdens mijn wandeling hier naartoe liep ik langs een andere kleine Chinese tempel waar ik even naar binnen liep. Een aardig oud Chinees vrouwtje begon mij een hele uitleg te geven over de verschillende Goden die ze aanbidden, mét een demonstratie hoe er precies gebeden moest worden. Dit soort momentjes vind ik zo leuk; dat iemand zijn of haar gewoontes en rituelen aan mij wil uitleggen. Het is voor mij een teken van wederzijds respect en open staan voor elkaars geloofsovertuigingen. Vervolgens bood ze me ook nog wat te drinken aan én een rit in haar auto naar de Thean Hou tempel. Zo lief! De Thean Hou tempel vond ik ook erg mooi; een prachtig versierde Chinese tempel van waaruit je een ver uitzicht had over de stad. Vanuit daar ben ik via een stadspark (de ‘Lake Gardens’) weer terug gelopen naar mijn hostel.

Al met al heb ik twee fijne, sociale en mooie weken in Maleisië gehad! Ik heb vooral genoten van de prachtige natuur, de fijne mensen en het lekkere eten, maar heb het idee dat ik weinig van de échte Maleisische cultuur heb gezien. Maar dat is misschien ook juist Maleisië: een mix van verschillende culturen.
Ik heb wel weer veeel zin om terug te gaan naar Indonesië. Ik hoor goede verhalen van Sumatra, dus ik kan niet wachten om dit eiland te gaan ontdekken. M’n volgende verhaal zal dan ook weer vanuit Indonesië zijn.

Tot snel maar weer en liefs vanuit Maleisië!

(De foto’s van Maleisië staan ook al op m’n blog ;) )

Foto’s

3 Reacties

  1. Lies en Hans Ruiter:
    11 juni 2017
    hello sepupu (poe,poe doe ma duur) kesayanganku, (hallo lieve nicht in het Maleis) Al weer geweldige belevenissen en ervaringen dus. Echt gaaf iemand ondernemend te zien genieten. Blijf dat vooral doen, intussen zal ik je opgeven voor een nieuwe serie hier in ons landje; strandvluchten, wiwi, hilarisch weer dat apen en hondenverhaal. Blijf (bij) jezelf en vooral heel veel reisplezier in Indonesië. Mocht je daar binnenkort bekenden tegenkomen.... doe ze de groeten! Lieve groeten ons en je weet het: KDB
  2. Ceciel Ruiter:
    11 juni 2017
    Hey Juudje, prachtige avonturen weer in een mooi verhaal. Vooral die aap/hond verhalen zagen we zo voor ons. Heel veel plezier nog in Indonesië en geniet van alle moois! Veel liefs van ons allemaal!
  3. A aan a. Michorius:
    14 juni 2017
    He Judith wat leuk om te lezen: Maleisië. Wij hebben de toeristische trappen wel gelopen naar de tempel, maar we hebben heel veel tempels bezocht. En ik vond de Camaron highlands een verademing wat de koelte betreft. Heel leuk om te bedenken dat we op dezelfde plekken hebben gelopen. En wat het openbaar vervoer betreft, bij ons liepen de kakkerlakken in de trein, haha. Nog veel plezier gewenst. Groetjes Anna